Het Vaticaan en de miljoenen van Mussolini

24-01-2013 13:22

Het Vaticaan en de miljoenen van Mussolini

Voor Mussolini was het destijds heel belangrijk dat zijn dictatoriale fascistenregiem (1922-1945) in Italië erkend werd door het Vaticaan.

De Paus, ook toen al niet Roomser dan zichzelf, deed niet zo moeilijk al er geld te halen was en zodoende toog Mussolini met enkele hutkoffers contant geld in 1929 naar Rome.


Je kunt als het op geld en flexibiliteit aankomt, altijd rekenen op het beruchte filiaal van de Jezuïeten, het Vaticaan. Toen Mussolini aan de macht kwam in Italië was het voor hem in zo'n katholiek land belangrijk dat zijn fascistische regiem door hen werd erkend.

En zoals dat ging en gaat in onze wereld, is (bijna) alles te koop. In de Middeleeuwen kocht je je zonde af door middel van aflaatbrieven en zo kun je dus ook als regiem erkenning kopen bij het Vaticaan. Het prijskaartje wat daar vervolgens aanhangt is dan weer niet misselijk. Zo moest Mussolini in 1929 om die erkenning te krijgen van het Vaticaan een contant bedrag betalen van, omgerekend naar de huidige waarde, 60 miljoen Euro.

Dat originele bedrag is volgens een onderzoek, uitgevoerd door de Engelse krant The Guardian, inmiddels gegroeid tot ruim 600 miljoen Euro en is via obscure bedrijfsconstructies grotendeels belegd in onroerendgoed.

Zo hebben voorbijgangers in Londen geen idee dat het pand van de bekende juwelier Bulgari eigendom is van het Vaticaan evenals dat van de rijke investeringsbank Altium Capital op de hoek van St. James Square en Pall Mall. Ze bezitten niet alleen panden in de duurste wijken van Londen, maar ook in Coventry, Parijs en diverse locaties in Zwitserland.

De bedrijven die op papier eigenaar zijn van die gebouwen zijn allemaal afgeschermd en gevestigd in belastingparadijzen. The Guardian heeft dit kunnen achterhalen door terug te gaan naar de oorlogsarchieven van de Engelsen en van daaruit het (geld)spoor te volgen. Het bedrijf dat deze pauselijke vrijstaat in die tijd gebruikte was Profima SA wat geleid werd door een bankier van het Vaticaan, Bernardino Nogara. De route leidt via Luxemburg en Zwitserland naar de JP Morgan Bank in New York. Hieruit blijkt dat de ultieme controle van alle onderliggende (vastgoed)bedrijven in handen is van Profima SA.

Zelfs tijdens de oorlog werden Nogara en Profima SA door de Engelsen al beschuldigd van witwassen. Zo werden aandelen van Italiaanse banken overgeheveld naar het in Zwitserland gevestigde Profima SA, waardoor het op papier leek dat het eigendomsrecht in handen was van neutrale Zwitsers.

Er is sinds die tijd weinig veranderd zo kunnen we vaststellen. The Guardian heeft via de vertegenwoordiger van het Vaticaan in Engeland, aardsbisschop Antonio Mennini, geprobeerd antwoord te krijgen op de vraag, “Waarom al die geheimzinnigheid?”. Het zal niemand verbazen dat de reactie van de aardsbisschop was, “Geen commentaar”.

Bron:

The Guardian